Mijn zoon, mijn dochter,
Om de Verlossing te laten gebeuren en de zielen hierop
voor te bereiden, beloofde Ik de toekomstige Messias.
Door de hoop dat Hij zou komen, konden zij
– zich niet alleen voorbereiden,
– maar ook hun eigen redding vinden in de toekomstige Verlosser.
Ikzelf wou de zielen voorbereiden om in mijn Wil te leven,
– om hen te laten delen in de zegeningen die Hij bevat en
– om de mens te laten terugkeren naar zijn oorspronkelijke staat,
zoals hij door Mij geschapen werd.
Daarom bad Ikzelf als eerste hierom. Ik wilde mijn stem
laten weerklinken van het ene uiteinde van de aarde tot het andere
en zelfs tot hoog in de Hemel, met de woorden:
“Onze Vader, die in de Hemel zijt” (…)
“De heiligheid in mijn Wil – een nieuw Tijdperk” – BvdH – 15