Mijn zoon, mijn dochter,
mijn Mama is het voorbeeld van de ware Heiligheid van het Leven in mijn Wil.
Haar innerlijk was geheel opgenomen in de Eeuwige Zon van de Opperste Wil.
Zij was – de Koningin van de heiligheid van de heiligen,
– de Moeder en draagster van mijn Leven aan allen, en daarom van alle Goeds .
Mijn Mama deed geen opvallende dingen maar zij was uiterlijk steeds majestueus en mooi. Zij had enkel aandacht voor de Eeuwige Wil.
En met haar grote en sterke liefde bracht zij de Eeuwige Wil in vervoering.
En zij trok Hem van de Hemel naar de aarde.(…)
Dit is jouw taak, mijn dochter : Mij te bekoren, Mij zo te binden
– met je innerlijk, geordend in de opperste Wil,
om Hem van de Hemel naar de aarde te brengen,
– zodat Hij op aarde gekend kan worden en leven zoals in de Hemel. (…)
de Opperste Wil van de Hemel naar de aarde brengen – BvdH – 16