Mijn dochter mijn zoon,
“Toen de Schepper de mens schiep, schonk Hij hem zijn eigen Kwaliteiten.
Hij schonk hem
– zijn Liefde, zijn Heiligheid, zijn Goedheid, Intelligentie en Schoonheid.
Kortom, Hij heeft hem al zijn Goddelijke Eigenschappen geschonken,
Hij heeft hem een vrije wil gegeven om te werken met onze bruidsschat
en om haar altijd te vergroten, naargelang hij meer of minder groeit.(…)
Als de mens Ons bemint, dan neemt hij de geschenken aan,
– die Wij hem gegeven hebben om Ons te beminnen. (…)
En wanneer de mens ons zijn kleine liefde geeft, is onze vreugde uitbundig.”
“De mens die ons bemint, neemt onze Gaven aan.”- BvdH 28