“ Mijn lieve dochter, mijn lieve zoon,
Je moet weten dat ware liefde in een schepsel
– Mij alles doet vergeten en
– Mij ertoe aanzet om mijn Wil op aarde te laten heersen.
Ware liefde heeft zo’n kracht
dat Zij mijn Wil oproept om het leven van de mens te worden.
Je moet weten dat toen Ik de hemelen op hun plaats zette
en de zon schiep, Ik in mijn alwetendheid jouw liefde zag(…)
Oh, wat was Ik blij.
Mijn Wil ging uit naar jou en naar hen die Mij willen liefhebben
– om het leven te zijn van dat kleine liefde-oord.
Mijn Wil doorkruiste de eeuwen om hen te verzamelen in één Punt
en in één Daad. En Ik vond dit kleine liefde-oord waar Ik zijn Leven
kon plaatsen om Het verder te zetten in al zijn Majesteit
en zijn goddelijke Decorum.”(…)
BvdH 33 – 5 nov 1934
Mc 13,24-32- “Hij zal de uitverkorenen verzamelen
uit de vier hoeken van de wereld”